Doctoraatsopleiding

Toelating tot het doctoraat

Toelatingsvoorwaarden

  1. Men kan alleen een aanvraag van toelating tot de doctoraatsopleiding indienen als een ZAP-lid van het HIW bereid is om op te treden als promotor van het voorgestelde doctoraatsonderzoek.
  2. Om een aanvraag tot doctoreren te kunnen indienen moet een kandidaat in het bezit zijn van een diploma Research Master of Philosophy uitgereikt door de KU Leuven. Bovendien moet de kandidaat een percentage van minstens 75% behaald hebben voor deze opleiding. Deze Research Master of Philosophy biedt een uitstekende gelegenheid om de bekwaamheid tot zelfstandig onderzoek in de filosofie te ontwikkelen en geldt als predoctorale proef. Onder bepaalde voorwaarden is een kandidaat niet verplicht het diploma van Research Master of Philosophy te hebben behaald om toegelaten te worden (cf. Reglement m.b.t. het behalen van de academische graad van doctor aan de KU Leuven, aangevuld met de bijzonderheden van het Hoger Instituut voor Wijsbegeerte, artikel 6, Toelatingsvoorwaarden, Bijzonderheden van het Hoger Instituut voor Wijsbegeerte), maar het programma wordt in ieder geval aangeraden. Doctoraatstudenten die dit diploma hebben behaald, worden vrijgesteld van bepaalde onderdelen van de doctoraatsopleiding.

  3. Alleen indien de doctoraatscommissie van het HIW academische goedkeuring verleent aan het doctoraatsvoorstel, kan een kandidaat worden toegelaten.

     

Wanneer een aanvraag indienen?

Aanvragen van toelating tot de doctoraatsopleiding kunnen het hele jaar door worden ingediend. Bij het indienen van toelatingsaanvragen hoeft men dus geen rekening te houden met de vergaderdata van de doctoraatscommissie. Opgelet: Internationale studenten die met een studentenvisum in België verblijven worden sterk aangeraden hun toelatingsaanvraag in te dienen meteen na het beëindigen het Research Master programma omdat de verlenging van het studentenvisum afhankelijk is van de inschrijving als student.   

Hoe een aanvraag indienen?

Om toelating te vragen tot de doctoraatsopleiding van het Hoger Instituut voor Wijsbegeerte gelieve uw promotor te vragen dat hij of zij contact opneemt met de secretaris van de doctoraatscommissie zodat de aanvraagprocedure kan worden opgestart. Als u aan de voorwaarden voldoet om een aanvraag in te dienen, dan zal de procedure worden gestart en wordt u via e-mail uitgenodigd om de details van uw aanvraag in te vullen.   

Doctoraatsvoorstel

Resultaat van de aanvraag

De doctoraatscommissie kan de aanvraag goedkeuren of afkeuren. Ze kan ook de beslissing uitstellen. De kandidaat krijgt dan gelegenheid het voorstel te herwerken op basis van het advies uitgebracht door de commissie en het opnieuw in te dienen. Het oordeel van de commissie over de tweede toelatingsaanvraag is definitief. Deze toelatingsprocedure is ook verplicht voor de doctorandi van wie het onderzoeksproject financieel wordt ondersteund (bv. door FWO).

De toelating tot het doctoraat is geldig voor vier jaar. Dit wil zeggen dat de doctoraatscommissie ervan uitgaat dat de doctorandus/a in die tijd zijn/haar doctoraat behaalt. Is dat niet het geval, dan evalueert de commissie de toestand en wordt naar een bevredigende oplossing gezocht, zowel voor de doctorandus/a als voor de promotor.

Registratie als doctoraatsstudent

Eenmaal het onderzoeksproject is goedgekeurd door de Doctoraatscommissie moet je je inschrijven voor de doctoraatsopleiding. Deze inschrijving moet elk jaar worden hernieuwd. De inschrijving is enkel het eerste jaar betalend, de daaropvolgende jaren is ze gratis.

De inschrijving gebeurt bij de Studentenadministratie, de (her)inschrijving verloopt grotendeels via KU Loket. 

Onderdelen van de doctoraatsopleiding

Een doctorandus/a verricht onderzoek onder leiding van een promotor binnen een van de onderzoekscentra van het Instituut. Van de doctoranus/a wordt niet alleen verwacht dat hij of zij een proefschrift voorbereidt, maar ook dat hij of zij bepaalde (onderzoeks)vaardigheden ontwikkelt en actief participeert aan het wetenschappelijk onderzoek in de faculteit. De doctoraatsopleiding structureert en valideert deze participatie en is erop gericht de onderzoeksvaardigheden van een doctorandus/a aan te scherpen. De opleiding bestaat uit 8 verplichte onderdelen die voltooid moeten worden vooraleer de doctorandus/a toestemming kan krijgen om het proefschrift te verdedigen en een facultatief gedeelte. De opleiding is pas afgesloten nadat alle verplichte activiteiten werden uitgevoerd en geregistreerd door de doctorandus/a en goedgekeurd werden door de doctoraatscommissie.

De 9 verplichte onderdelen van de doctoraatsopleiding zijn:

  1. het schrijven van ten minste één wetenschappelijke publicatie op internationaal niveau of een gelijkwaardige realisatie op internationaal niveau. Onder een publicatie op internationaal niveau wordt verstaan: een gereviewde bijdrage (tijdschriftartikel, bijdrage in een boek, conferentieproceeding, octrooi, ontwerp) over het eigen onderzoek en geschreven in de forumtaal van het vakgebied. De bijdrage is gericht op een internationaal publiek. Om de doctoraatsopleiding succesvol te kunnen afronden, moet de bijdrage  gepubliceerd zijn of aanvaard zijn voor publicatie. De publicatie is in principe een publicatie met slechts één auteur. Wanneer er sprake is van een of meerdere publicaties met meerdere auteurs, beslist de doctoraatscommissie of voldaan is aan de publicatievereiste. Belangrijke criteria daarbij zijn de omvang, de aantoonbare zelfstandigheid en het filosofisch karakter van de bijdragen van de doctorandus/a. Publicaties samen met leden van het promotorenteam komen niet in aanmerking. Deze restrictie geldt niet in het geval van een interdisciplinair doctoraat. Een conferentieproceeding komt als “gereviewde bijdrage” in aanmerking enkel en alleen indien het gaat om een boekbijdrage,
  2. het geven van ten minste twee seminaries, hetzij over het eigen doctoraatsonderzoek, hetzij over een meer algemeen thema,
  3. het geven van ten minste één mondelinge presentatie of posterpresentatie op een internationaal wetenschappelijk congres,
  4. het volgen van ten minste één seminariereeks of opleidingsonderdeel specifiek georganiseerd voor doctorandi/ae. Als seminariereeks of opleidingsonderdeel specifiek georganiseerd voor doctorandi/ae geldt elk Research Seminar van de Majors van het programma van de Research Master of Philosophy van het Hoger Instituut voor Wijsbegeerte. De doctorandus/a moet dit Research Seminar volgen tijdens het eerste of tweede academiejaar van de doctoraatsopleiding, bovendien moet hij/zij actief deelnemen aan dit Research Seminar, wat inhoudt dat hij/zij het seminarie niet alleen bijwoont maar ook deelneemt aan het bijhorende examen. Studenten die bij aanvang van de doctoraatsopleiding al een diploma van de Research Master of Philosophy hebben behaald aan de KU Leuven, zijn vrijgesteld van de vereiste één seminariereeks of opleidingsonderdeel specifiek georganiseerd voor doctorandi/ae te volgen. Let op: dit onderdeel van de doctoraatsopleiding moet worden voltooid in het eerste of het tweede academiejaar van de opleiding,
  5. het volgen van het opleidingsonderdeel Scientific integrity for starting PhDs tijdens het eerste jaar van de doctoraatsopleiding. Het volgen van het opleidingsonderdeel Scientific integrity for starting PhD’s is verplicht voor doctorandi/ae waarvan de doctorale periode van start ging tijdens of na het academiejaar 2014-2015,
  6. het jaarlijks rapporteren over de voortgang van het doctoraatsonderzoek zoals gespecificeerd onder ‘Voortgangsrapportering’,
  7. het voeren van een functioneringsgesprek met de promotor een keer per academiejaar zoals gespecifieerd onder ‘Functioneringsgesprek’,
  8. het volgen van een aantal sessies van het vakCommon Seminar: Research as a Career’ tijdens het eerste of tweede academiejaar van de doctoraatsopleiding. De sessies die moeten gevolgd worden door doctoraatsstudenten zijn: ‘Writing I: Academic Papers’, ‘Writing II: How papers and proposals are evaluated’, ‘Writing III: Research Proposals’, ‘Writing IV: Plagiarism and Teaching’, ‘Writing V: Presenting Yourself’, ‘Oral Presentation: Introduction’. Het volgen van deze sessies is verplicht voor doctoraatsstudenten van wie de doctorale periode van start ging tijdens of na het academiejaar 2016-2017. Doctoraatsstudenten die bij aanvang van de doctoraatsopleiding reeds het diploma ‘Research Master of Philosophy’ (of het MPhil-diploma) aan de KU Leuven hebben behaald, zijn vrijgesteld van deze vereiste. Let op: dit onderdeel van de doctoraatsopleiding moet worden voltooid in het eerste of het tweede academiejaar van de doctoraatsopleiding. Merk op dat ook doctoraatsstudenten die geen diploma ‘Research Master of Philosophy’ (of een MPhil-diploma) aan de KU Leuven hebben behaald een vrijstelling kunnen vragen voor dit onderdeel indien ze hiervoor een gegronde reden menen te hebben,
  9. het volgen van de online tutorial van het HIW over plagiaat en slagen voor de test die deel uitmaakt van de tutorial in het eerste jaar van de doctoraatsopleiding. Het certificaat met uw testresultaat moet worden ingediend via de KU Loket-toepassing ‘Doctoraatsopvolging’. Dit opleidingsonderdeel is verplicht voor alle doctoraatstudenten van het HIW die na november 2023 begonnen aan hun doctoraat.

Het facultatief aanvullend gedeelte van de doctoraatsopleiding bestaat uit bijkomende activiteiten in functie van het doctoraatsonderzoek en/of als voorbereiding op het professioneel functioneren binnen of buiten de universiteit. Alhoewel deze aanvullende activiteiten niet verplicht zijn, kan je ze op je cv vermelden en worden ze opgenomen in het overzicht van je activiteiten ('transcript') dat je kan opvragen na het beëindigen van je doctoraatsprogramma. De aanvullende activiteiten worden onderverdeeld in vier domeinen:

  1. Het volgen van seminaries aan het HIW of een andere faculteit van de KU Leuven of aan een andere universiteit.
  2. bijkomende vorming, zoals taalcursussen, cursus ‘academic writing’.
  3. onderzoeksactiviteiten, zoals deelnemen aan studiedagen en conferenties.
  4. verwerven van onderwijservaring, zoals een training in onderwijsdidactiek, het organiseren van een ‘undergraduate seminar’ of een onderdeel van een college.

Het HIW organiseert binnen het Research Master of Philosophy programma een uitgebreid aanbod aan doctoraatsseminaries. Daarnaast bieden YouReCa en de Doctoral School of Humanities & Social Sciences een hele waaier van opleidingen, workshops, seminaries en cursussen aan. Doctoraatstudenten worden warm aanbevolen de opleidingen die ze relevant achten te volgen. Veel van de vaardigheden die ontwikkeld worden in deze opleidingen zijn ook bijzonder nuttig als men een niet-academische carrière op het oog heeft (‘transferable skills’).

Voortgangsrapportering

De doctorandus/a moet elk academiejaar een voortgangsrapport indienen via de KU Loket-toepassing ‘Doctoraatsopvolging’. Deze toepassing toepassing bevat een overzicht van de doeldata voor het indienen van de verschillende voortgangsrapporten. Ook het formulier om activiteiten in het kader van de doctoraatsopleiding te registreren moet via deze weg worden ingediend. Het is de verantwoordelijkheid van de doctorandus/a om ervoor te zorgen dat elk lid van de begeleidingscommissie zijn/haar evaluatie en handtekening aan een voortgangsrapport heeft toegevoegd voor het rapport wordt ingediend via KU Loket.        

De doctorandus/a moet de formulieren i.v.m. de voortgangsrapportering zelf invullen, laten aanvullen en ondertekenen door de leden van de begeleidingscommissie om ze vervolgens tijdig in te dienen. Ook aan formulieren i.v.m. de registratie van activiteiten moeten de nodige handtekeningen toegevoegd zijn voor ze worden ingediend. Onvolledige formulieren zullen worden afgekeurd. Elke doeldatum voor het indienen van een voortgangsrapport wordt twee weken op voorhand per mail aangekondigd en in geval van overschrijding van een doeldatum wordt een dag later een herinneringsmail verstuurd.

De mogelijkheid wordt voorzien om de rapporteringsprocedure volledig elektronisch te laten verlopen. De werkwijze is dan de volgende:

  1. De doctorandus/a vult het voortgangsrapport in en stuurt het via e-mail per attachment naar de leden van de begeleidingscommissie.
  2. De leden van de begeleidingscommissie antwoorden per e-mail aan de doctorandus/a en geven hun eigen beoordeling/commentaar mee in het tekstveld van hun e-mail (dus niet in attachment).
  3. De doctorandus/a bundelt het voortgangsrapport en de e-mails van de leden van de begeleidingscommissie tot één .pdf document. (Dit kan, bijvoorbeeld, door de e-mails en het rapport als .pdf te printen of bewaren en deze .pdf documenten tot één .pdf te combineren.)
  4. Dit finale document wordt door de doctorandus/a via KU Loket opgeladen.

Let wel: na het tweede en in het laatste jaar van de doctoraatsopleiding is een feitelijke bijeenkomst van de begeleidingscommissie wel degelijk verplicht en kan de procedure dus niet louter elektronisch worden afgehandeld. (Zie hieronder.)

 

De voortgangsrapportering ziet er als volgt uit.

  • Het eerste voortgangsrapport moet uiterlijk negen maanden na de aanvang van de doctorale periode worden ingediend. De startdatum van het doctoraatsonderzoek van een selfsupporting doctorandus/a is de datum waarop hij/zij zich voor het eerst inschreef voor de doctoraatsopleiding. De startdatum van het doctoraatsonderzoek van doctorandi die zijn aangesteld als doctoraatsbursaal is de startdatum van hun aanstelling. In het rapport m.b.t. het eerste jaar beschrijft de doctorandus/a het onderzoek dat hij/zij reeds heeft verricht.
    Eerste voortgangsrapport.
     
  • Vanaf het academiejaar daarna (m.a.w. vanaf het academiejaar volgend op het academiejaar waarin het eerste voortgangsrapport moet worden ingediend), moet de doctorandus/a jaarlijks voor 15 oktober een voortgangsrapport indienen. Voor doctorandi die zich voor het eerst inschreven voor de doctoraatsopleiding in het academiejaar 2016-2017 of daarna is deze jaarlijkse deadline 15 november.
    Let op: in het kader van de eerste jaarlijkse voortgangsrapportering (Jaarlijks voortgangsrapport I) die volgt op het eerste voortgangsrapport moet de doctorandus/a voor het eerst een vergadering beleggen met de begeleidingscommissie. Bij deze vergadering moeten alle leden van de begeleidingscommissie aanwezig zijn. Tijdens de vergadering brengt de doctorandus/a de begeleidingscommissie uitgebreid op de hoogte van de stand van het doctoraatsonderzoek. (In welke mate werd de relevante onderzoeksliteratuur al verwerkt? In welke mate staat het conceptueel kader voor het proefschrift op punt? Werd er al aanvang gemaakt met het schrijven van hoofdstukken? Hoeveel hoofdstukken werden al geschreven?...) De doctorandus/a geeft ook een voorstelling van het onderzoeksplan met bijhorend tijdschema voor de volgende twee jaren. De begeleidingscommissieleden evalueren de voortgang van het onderzoek en geven de doctorandus/a feedback.
    Bovendien moeten de activiteiten die de doctorandus/a verrichtte in het kader van zijn/haar doctoraatsonderzoek een eerste keer geregistreerd worden. Let op: twee verplichte onderdelen van de doctoraatsopleiding moeten volbracht worden in de eerste twee academiejaren van de doctoraatsopleiding. Het gaat ten eerste om de verplichting het seminarie “Common Seminar: Research as a Career” (Research Master of Philosophy) te volgen en ten tweede om de verplichting een research seminar (Research Master of Philosophy) te volgen.
    Jaarlijks voortgangsrapport I
     
  • Gebruik voor de rapportering in alle daaropvolgende academiejaren, behalve het laatste, het formulier ‘Jaarlijks voortgangsrapport II en volgende’.  In deze rapporten beschrijft de doctorandus/a het onderzoek dat hij/zij in het voorbije jaar heeft verricht.
    Jaarlijks voortgangsrapport II en volgende

  • Het laatste voortgangsrapport moet ingediend worden tussen negen en zes maanden voor het proefschrift wordt ingediend. In het kader van deze rapportering moet de doctorandus/a voor de tweede en laatste keer een vergadering beleggen met de voltallige begeleidingscommissie om uitgebreid mondeling verslag uit te brengen over de stand van het doctoraatsonderzoek. De doctorandus/a bezorgt de inhoudstafel van het proefschrift op voorhand aan de leden van de begeleidingscommissie. Tijdens de vergadering geeft de doctorandus/a de commissie een overzicht van de gehele dissertatie op basis van de inhoudstafel. Bovendien schets de doctorandus/a een tijdslijn voor het afwerken van het doctoraat. De begeleidingscommissieleden evalueren de voortgang van het onderzoek, schatten in of het doctoraat binnen het voorziene tijdsbestek (6 – 9 maanden) daadwerkelijk kan verdedigd worden en geven de doctorandus/a feedback feedback.
    Laatste voortgangsrapport

  • Voor er een examencommissie kan worden samengesteld voor het doctoraatsexamen, moet de doctorandus/a een laatste keer zijn/haar activiteiten registreren. Op basis van deze registratie beslist de doctoraatscommissie of de doctorandus/a de doctoraatsopleiding heeft voltooid.
    Registratieformulier activiteiten doctoraatsopleiding